Historie
De Utskoat – Molenblad in Fryslan van voor en door molenvrienden Door: Gerben D. Wijnja In februari 1976 zat de oude bouwboer en molenvriend Jan G. de Beer in zijn woning te Sint Jacobiparochie voorovergebogen over het eerste naamloze nummer van het molenblad van Stichting De Fryske Mole en het Gild Fryske Mounders. De goede samenwerking tussen beide instanties had geleid tot het voornemen enkele keren per jaar een blaadje uit te geven. “Er gebeurt zoveel op molengebied dat er geen gebrek aan stof is. Het is eerder een probleem hoe alles in een beperkte ruimte zijn “gerak” te geven, want het benodigde geld is krap. We hebben goede hoop dat door meer bekendheid met al onze activiteiten de belangstelling en ook de donateurskring groeit. Van het een komt het ander, en dat geeft ons allemaal meer plezier in wat ons gezamenlijk bindt; de zorg voor het levend houden van onze Friese molens!” Die woorden van de redactie gingen er bij de oude bouwboer wel in. Sinds de oprichting in 1970 steunde hij het molenbehoud door als donateur tot te treden en ook was hij regelmatig op de molens in de omgeving te vinden. Oude molenaars behoorden tot zijn vriendenkring en het voornemen van jonge molenliefhebbers om de historische wiekendragers in werking te houden had zijn volledige instemming. In Vrouwbuurtstermolen werd zowaar weer graan gemalen, in Marssum deed de poldermolen dienst als lesmolen en datzelfde gold voor de Jouster “Penninga’s Molen”, een korenmolen die op miraculeuze wijze van de ondergang was gered. Het wrak was eens een schandvlek maar veranderde in het begin van de jaren zeventig in de parel van de Vlecke. Ook in Wolvega, Sumar en Heerenveen zwaaiden de machtige wieken weer. Jonge molenvrienden werden in de geheimen van het molenaarsvak ingewijd door oude rotten in ’t vak. Met genoegdoening schoof de bouwboer achter zijn typemachine om te reageren op de vraag van de redactie een naam voor het blad te bedenken. Het resultaat werd een gedicht van drie coupletten getiteld “De Utskoat”. As ’t spinnekopke fleurich draaide Sa as it wetter ta de utskoat Lit dan dit bledsje utskoat hjitte
Nu wist de redactie waar ze aan toe was. Vanaf september 1976 verscheen een molenkwartaalblad onder de naam “De Utskoat”, in de eerste jaren bescheiden van omvang en met weinig of geen foto’s, maar wel met de ambitie de molenvrienden zo goed mogelijk te informeren over het wel en wee van de Friese molens en hun molenaars. Naast nieuws van de beide besturen, die in feite de uitgever van het blad zijn, zorgde de redactie voor historische en technische artikelen over de Friese molens in heden en verleden. Zij kreeg daarbij in de loop der jaren steun van de lezers die hun bijdragen ook graag gepubliceerd wilden zien. Ter gelegenheid van de jubilea van De Fryske Mole en het Gild Fryske Mounders verscheen in 1985 een fraai uitgevoerde special van 92 pagina’s dik boordevol interessante historische molenartikelen. Dit jubileumboekje is tot op de dag vandaag een gezocht exemplaar dat men niet gauw in de schappen van antiquariaten zal aantreffen. De luxe uitvoering in kwaliteitspapier kreeg in volgende nummers ook gestalte. Er kwamen steeds meer foto’s bij de actuele en historische artikelen en ook de omvang van het blad kreeg meer volume. Elk nummer bevat keer op keer belangrijke en interessante bijdragen die vastleggen wat molenvrienden boeit en wat van nut is. Inmiddels hebben we meer dan 160 nummers het licht laten zien, meer dan 6000 pagina’s gevuld met molenwetenswaardigheden en nog steeds blazen we het molennieuws blijmoedig op de lezers in, zoals De Beer het destijds dichtend omschreef. Met elkaar vormen de nummers de rijke geschiedenis van wat de lezers bindt: de strijd voor het behoud van en de informatie over molens in Fryslân in een zo breed mogelijke context. Toch zijn er ook zorgen. Wil het blad in haar huidige vorm blijven verschijnen dan zal het aantal lezers sterk moeten groeien.
De Utskoat ontvangen? Door voor 30 euro donateur van De Fryske Mole of het Gild Fryske Mounders te worden krijgt U het blad vier keer per jaar in de brievenbus. U steunt daarmee het werk voor en op de Friese windmolens en tevens helpt U het voortbestaan van een uniek blad te verzekeren. Gerben D. Wijnja (redacteur) |